Het tellen is de basis voor het verdere rekenen. Vooruit tellen en terugtellen zijn hierbij belangrijke onderdelen. Als kinderen terug kunnen tellen met sprongen van 2, kunnen ze een volgende stap maken naar het terugtellen met sprongen van 3.
Tel terug met sprongen van 3.
... - ... - 73
Welke getallen moeten er staan?
Als je erachter wilt komen wat er op de lege plekken moet komen te staan, moet je sprongen van 3 maken. Je zet dan een sprong van 3 terug op de getallenrij.
Je ziet dat je bij een sprong van 3, 2 getallen overslaat. Als je terug telt vanaf 73, dan sla je de getallen 72 en 71 over. Dan komt het getal 70. Als je vanaf het getal 70 weer een sprong maakt van 3, dan sla je de getallen 69 en 68 over en dan kom je uit bij het getal 67. Op de lege plekken komen dus de getallen 70 en 67 te staan.