Home
Particulieren
Online oefenen
Prijzen en bestellen
Reviews
Leer- en oefenboeken
Scholen
Online leer- en oefenplatform
Premium werkbladencollectie
Educatieve boeken
Veelgestelde vragen
Over Junior Einstein
Vacatures
Contact
Team
Inloggen
Inloggen
Artikelen
Online oefenen
Materialen
Video's
Werkbladen
Doelen
Rekenen
Rekenen
Taal
Begrijpend lezen
IEP Toets
Verkeer
Natuur & techniek
Geschiedenis
Aardrijkskunde
De tafels
Levensbeschouwing
Topo
Kleuters
JE Leerdoelen
Engels
Spelling
Automatiseren
Doorstroomtoets
Toetsen
Je hebt javascript niet geactiveerd. Je kunt zonder javascript deze site niet gebruiken.
Vermenigvuldigen en delen met hele getallen
Doelen
›
SLO-doelen
›
Getallen
›
Bewerkingen
›
Vermenigvuldigen en delen
›
Vermenigvuldigen en delen met hele getallen
Vermenigvuldigen en delen met hele getallen
Geschikt voor groep:
1
2
3
4
5
6
7
8
Vermenigvuldigen en delen
Vermenigvuldigen en delen met hele getallen
(42)
Vermenigvuldigen en delen met decimale getallen
(10)
Het kind kan eenvoudige verdeelsituaties in contextsituaties met hoeveelheden tot ten minste 12 (handelend) oplossen.
Het kind kan eenvoudige vermenigvuldigproblemen onder ten minste 20 in contextsituaties oplossen via handig tellen.
Het kind kan eenvoudige delingen onder ten minste 20 in contextsituaties informeel oplossen.
Het kind kan betekenis geven aan de bewerking vermenigvuldigen in concrete situaties waarin sprake is van 'aantal keer'.
Het kind kent en begrijpt het vermenigvuldigteken x (keer, maal, vermenigvuldigen met) en kan dit lezen, noteren en toepassen.
Het kind kan bij een contextsituatie onder ten minste 100 een formele bewerking (vermenigvuldiging) geven en omgekeerd: kan bij een formele vermenigvuldiging onder 100 passende contextsituaties geven.
Het kind begrijpt wat delen is en kan delingen in contextsituaties onder ten minste 100 op informele manieren oplossen (ook niet opgaande delingen).
Het kind kent de producten uit de tafels van 1, 2, 3, 4, 5 en 10 uit het hoofd (gememoriseerde kennis).
Het kind kan bij vermenigvuldigen onder ten minste 100 in contextsituaties en formele sommentaal met inzicht verschillende strategieën gebruiken.
Het kind kan kritisch denken en redeneren over vermenigvuldigen onder ten minste 100 in betekenisvolle probleemsituaties.
Het kind kan delen onder ten minste 1000 in contextsituaties en formele sommentaal door met inzicht gebruik te maken van eigenschappen van bewerkingen en de structuur van getallen bij strategieën.
Het kind kan schattend vermenigvuldigen onder ten minste 1000 in contextsituaties en formele sommentaal.
Het kind kan kritisch denken en redeneren over vermenigvuldigen en delen onder 1000 in betekenisvolle probleemsituaties.
Het kind kan betekenis geven aan de bewerking delen in concrete situaties waarin sprake is van 'verdelen in groepjes' en 'verdelen over groepjes'.
Het kind kent en begrijpt het deelteken ':' (delen door, gedeeld door) en kan dit lezen, noteren en toepassen (.. : .. = ..; .. = .. : ..).
Het kind kan bij een contextsituatie onder ten minste 1000 een formele bewerking (vermenigvuldiging of deling) geven en omgekeerd: kan bij een formele vermenigvuldiging of deling onder 1000 passende contextsituaties geven.
Het kind kan uitleggen wat 'rest' inhoudt bij het uitrekenen van een niet opgaande deling.
Het kind kent alle producten uit de tafels tot en met 10 uit het hoofd (gememoriseerde kennis).
Het kind kan vermenigvuldigen onder ten minste 1000 in contextsituaties en formele sommentaal door met inzicht gebruik te maken van eigenschappen van bewerkingen en de structuur van getallen bij strategieën.
Het kind kan alle delingen uit de deeltafels tot en met 10 vlot uitrekenen.
Het kind kan met inzicht vermenigvuldigen en delen met veelvouden van 10.
Het kind kan met inzicht vermenigvuldigen onder ten minste 1000 in contextsituaties en formele sommentaal volgens de standaardprocedure: verdeelstrategie.
Het kind kan vermenigvuldigen onder ten minste 1000 in contextsituaties en formele sommentaal door met inzicht gebruik te maken van eigenschappen van bewerkingen en de structuur van getallen bij strategieën.
Het kind kan bij een contextsituatie onder 10.000 een formele bewerking (vermenigvuldiging of deling) geven en omgekeerd: kan bij een formele vermenigvuldiging of deling onder 10.000 passende contextsituaties geven.
Het kind kent de delingen uit de deeltafels tot en met 10 uit het hoofd (gememoriseerde kennis).