Rekenen

Het kind kan vermenigvuldigen onder ten minste 1000 in contextsituaties en formele sommentaal door met inzicht gebruik te maken van eigenschappen van bewerkingen en de structuur van getallen bij strategieën.

Hironder vallen: herhaald optellen, verwisselen, compenseren, verdubbelen en halveren (bijvoorbeeld: 12x50 = 6x100) en analogie (7x5 = 35; 7x50 = 350). Het kind kan uitleggen hoe hij tot een oplossing komt.