Dun is iets met een kleine breedte of omvang. Bijvoorbeeld een dunne stift.
Dik is iets met een grotere omvang dan normaal. Bijvoorbeeld een dikke boomstam.
Deze kaarsen staan kriskras door elkaar.
Zet ze in de goede volgorde van dun naar dik.
Om de kaarsen in de goede volgorde van dun naar dik te zetten, moet je beginnen bij de kaars die het dunst is. In dit geval is dat de laatste kaars. Daarna kijk je welke kaars dan het dunst is enz. Tot je de dikste kaars aan het eind hebt staan. Dan is de volgorde van dun naar dik goed.
De kaarsen staan nu van dun naar dik. Je kunt ze ook ordenen van dik naar dun.
Dan staan de kaarsen precies andersom!