In dit artikel wordt een erbijsom tot en met 100 kolomsgewijs opgelost.
De bakker bakt 's ochtends 56 broodjes. Later bakt hij er nog 38 broodjes bij.
Hoeveel broodjes heeft de bakker vandaag gebakken?
In het stappenplan hieronder lees je hoe je deze erbijsom kolomsgewijs kunt oplossen.
Noteer de getallen onder elkaar. De tientallen onder de tientallen en de eenheden onder de eenheden. Het is handig om de letters erbij te zetten: H = honderdtallen, T = tientallen, E = eenheden.
Tel eerst de tientallen bij elkaar op.
De 5 en de 3 staan onder de T van tientallen. Ze betekenen dus geen 5 en 3, maar 50 en 30. Je maakt dus de som: 50 + 30 = 80. Dit noteer je als eerste.
Tel daarna de eenheden bij elkaar op.
De 6 en de 8 staan onder de E van eenheden. Je maakt nu de som: 6 + 8 = 14. Dit noteer je onder de uitkomst van stap 2.
Tel daarna de uitkomst van de tientallen en de eenheden bij elkaar op. Hieronder zie je hoe je dit noteert en wat de uitkomst van de som is.
De bakker heeft dus 94 broodjes gebakken.