Het kind kan schattend vermenigvuldigen en delen onder ±100.000 in contextsituaties en formele sommentaal en kan beredeneren of de werkelijke uitkomst (veel) groter of kleiner is dan de geschatte uitkomst.
Bijvoorbeeld: 75 x 4,89 is ongeveer 75 x 5,00. De uitkomst is iets minder; 3000 : 0,49 is ongeveer 3000 : 0,5. De uitkomst is dan iets meer.
Het kind kan zijn berekeningen en redeneringen uitleggen.