Het is belangrijk dat je een kalender kunt aflezen. Zo weet je namelijk precies op welke dag een bepaalde datum valt. Je kunt dan bijvoorbeeld ook bepalen welke datum het over drie dagen is of over hoeveel weken het zomervakantie is.
Joris kijkt op de kalender. Op 2 juli doet zijn klas mee aan een voetbaltoernooi. Op welke dag valt dat?
Deze kalender loopt maar tot en met 30 juni. Je kunt op deze kalender niet aflezen op welke dag 2 juli valt. Bepaal dan op welke dag de kalender afloopt. In dit geval zondag 30 juni.
Als je wilt weten op welke dag 2 juli valt, moet je verder tellen. 30 juni valt op een zondag. Dan valt 1 juli op maandag en 2 juli op dinsdag. Het voetbaltoernooi van Joris valt dus op een dinsdag.