De digitale klok geeft de tijd digitaal weer met cijfers. De getallen voor de "dubbele punt" geven de uren weer. De getallen achter de "dubbele punt" geven de minuten weer.
Als het een heel uur is, dan staan de minuten altijd op nul.
De digitale klok maakt gebruik van de 24-uurs notatie. Een dag bestaat uit 24 uren, die verdeeld zijn in 4 groepen van 6 uur: 6 uur nacht, 6 uur ochtend, 6 uur middag en 6 uur avond. In de afbeelding hieronder zie je de 24-uurs notatie.
Als je naar de afbeelding kijkt kun je goed zien in welk dagdeel de uren vallen.
Als het 03.00 uur is, dan is dit 's nachts. Als het 09.00 uur is, dan is dit 's ochtends.
De digitale tijden 's nachts en 's ochtends zijn gemakkelijk, maar de middag- en avonduren kunnen soms lastig zijn. Hoelaat is het in analoge tijd als het 16.00 uur is? Of als het 22.00 uur is?
Vanaf 12.00 uur wordt er in digitale tijd eigenlijk doorgeteld tot 24.00 uur. Je ziet in de afbeelding dat 13.00 gelijk is aan 1 uur, 14.00 gelijk is aan 2 uur enz. Het is belangrijk dat je dit omrekenen van de digitale tijden goed beheerst!
Tip: gebruik deze afbeelding bij het oefenen en automatiseren van de digitale kloktijden.
Je kunt hier gebruik van maken tot je de tijden uit je hoofd kent.