Erbijsommen kun je gemakkelijk uitrekenen met een rekenrek. Een rekenrek bestaat uit twee rijen. Beide rijen bestaan uit vijf rode kralen en vijf witte kralen. In totaal zitten er twintig kralen op een rekenrek. In het stappenplan hieronder zie je een rekenrek.
Om vlot te kunnen rekenen met het rekenrek is het handig dat je gebruik maakt van de vijf- en de tienstructuur. Vind je dit nog lastig? Bekijk dan de volgende artikelen: 'De vijfstructuur', 'Verkort rekenen met de vijfstructuur', 'De tienstructuur' en 'Verkort rekenen met de tienstructuur'.
Mike gaat met oma boodschappen doen. Bij de supermarkt kopen ze 7 boodschappen. Bij de groenteboer halen ze nog twee appels.
Hoeveel boodschappen hebben Mike en zijn oma gekocht?
Mike en oma haalden eerst zeven dingen en daarna nog twee appels. De som wordt dan: 7 + 2 =.
Hieronder wordt deze voorbeeldsom stap voor stap uitgelegd met behulp van een rekenrek.
Eerst schuif je alle kralen naar rechts.
De som is: 7 + 2. Zet eerst 7 kralen op het rekenrek door 7 kralen naar links te schuiven. Dit kun je verkort doen door gebruik te maken van de vijfstructuur.
Je schuift eerst 5 rode kralen naar links op de bovenste rij. 'Vijf...'
Dan komen er nog 2 witte kralen bij op de bovenste rij. 'Zes, zeven.' Je hebt nu in totaal 7 kralen naar links geschoven.
Er staan nu 7 kralen aan de linkerkant. De som is: 7 + 2. Er moeten dus nog 2 kralen bij. Schuif 2 witte kralen naar links.
De som: 7 + 2 staat nu op het rekenrek. Je kunt nu de uitkomst zien. Er staan 5 rode kralen en 4 witte kralen op het rekenrek. Samen zijn dat 9 kralen. 7 + 2 = 9. Mike en oma hebben in totaal 9 dingen gekocht.